De Fietsband

Sinds 1888 worden er fietsbanden gebruikt van rubber gevuld met lucht, en is dit voor ons tegenwoordig de normaalste zaak van de wereld. Voor velen is een fietsband, een fietsband, maar er zit veel meer achter.

Een fietsband is opgebouw uit 3 lagen: een carcas, een gevlochten staaldraad en een rubber top laag. Dit laatste is in de volksmond vrij bekend, de andere twee wordt nauwelijks bij stilgestaan. Het carcas en staaldraad, kunt u zien als de rug van de band, in dit gebied word de stevigheid gewonnen die nodig is om de band weerbaar te maken voor allerlei omstandigheden. Het rubber zorgt in combinatie met de juiste bandenspanning voor het comfort van het fietsen.

Nu ziet u vaak, bij aankoop van een band, verschillende soorten profiel er op zitten. Tot op zekere hoogte heeft dit een bepaalde werking. Net zoals bij autobanden testen de fabrikanten de banden op duurzaamheid en belasting van verschillende weer soorten. Elke fabriekant heeft daar een eigen idee bij. Eerlijkheidshalve mag hier wel bij vermeld worden dat dit voor een regulier persoon als u en mij geen grote invloeden heeft.

Wat u wel in de gaten moet houden is de bandenspanning, dit zorgt er niet alleen voor dat u minder rolweerstand heeft en daardoor dus lichter kan trappen, maar ook voor de levensduur van de band. Bij een te lage bandenspanning, word het loopvlak onnodig vergroot en gaat de band op de ‘ wangen ‘ lopen. Het gevolg hiervan is dat het carcas kapot gaat, en er rare bulten kunnen onstaan in de band.

Voor een normale fietsband, kunt u normaal gesproken op de zijkant vinden hoe hoog de spanning moet zijn. Dit is afhankelijk van de fabrikant, tussen de 3,5 en 5 bar.